Basisschool
Basisschool
Op de basisschool had ik een beste vriend, William. Samen haalden we altijd kattekwaad uit. Ik heb er al wat over verteld in een eerdere blog.We hebben nog veel meer gekkigheid uitgespookt.... Maar goed.
Mijn moeder vond het op een gegeven moment welletjes en verbood mij nog met William om te gaan.
Ze legde uit dat hij een slechte invloed op mij had. En waarom.
Dus liep ik naar het huis van William om hem dat te vertellen. Dat was dat tijdperk.
Nieuwe beste vriend
Niet lang daarna kreeg ik een nieuwe beste vriend, genaamd Johan. Met Johan klommen we altijd in bomen, maakten we hutten in het bos en in hooibergen op weilanden. Superleuk!
Alleen viel Johan vaak uit die bomen en dan brak hij meestal wel iets. Ook een keer viel hij weer eens en ging hij terug naar zijn ouders. Bleek dat hij een arm gebroken had. Een paar dagen later zag ik hem weer en was hij helemaal bont en blauw, van de val. En zijn arm zat in het gips.
Een andere keer bleef hij vastzitten met zijn arm in de boom. Wat heb ik gelachen! En hij maar spartelen.
Maar na een aantal keren dat Johan wat brak, dacht ik dat ik hier maar beter mee kon stoppen. Ik wilde niet ook van alles breken. Dus dat was dat tijdperk. Johan wilde nog wel graag, maar ik niet meer. Ik heb gelukkig nog nooit wat gebroken en dat wilde ik graag zo houden. Nog steeds trouwens! Lijkt me geen pretje.
Bloemen voor moeders
Ook had ik een keer bloemen mee genomen voor mijn moeder. En zij was er heel blij mee. Mijn vader ook en vroeg hoe ik aan die bloemen gekomen was. En toen ik het uitlegde, realiseerden mijn ouders dat ik ze geplukt had uit de tuin van de burgemeester! Dus toen moest ik ze terugbrengen en mijn excuses aanbieden.
Na een aantal uur belden mijn ouders de burgemeester, met de vraag waar ik bleef, want het was etenstijd. Bleek dat ik daar gezellig aan het praten was en mee mocht eten met de burgemeester en zijn vrouw!
CITO-toets
Op de basisschool was ik een lief, open, eerlijk en enthousiast jongetje. Op een gegeven moment kreeg je de CITO-toets. Die en het advies van de leraren was de HAVO. Dus ik naar de HAVO.
De Havo
Niemand die ik kende ging ook naar de HAVO. Dus ik moest alleen. Deze school was in Warffum. Dat was ongeveer 13 km fietsen. Dus ik kreeg een fiets van m'n ouders. En een setje bandenplak gereedschap. M'n pa liet zien hoe je een band moest plakken en toen moest ik het zelf doen.
Op de fiets
Daarna kon ik op de fiets naar school. Ik wilde niet alleen fietsen en mijn moeder stelde voor dat ik een aantal mensen belde om mee samen te fietsen. En ik hoorde van mijn moeder wie ook naar de HAVO gingen. Dat vond ik geen leuke mensen om mee te fietsen, maar na aandringen van mijn moeder heb ik toch maar gebeld. En toen kon ik met 2 mensen fietsen, Cynthia en Richard. Ik kende ze allebei niet. Maar ja.
We fietsten elke keer via dezelfde weg. En op die weg zat een appelkwekerij. En elke keer als de appels rijp waren, pikten we een paar.
De wind tegen...
Ook had ik altijd wind tegen. Dan dacht ik 's ochtends het gehad te hebben, maar dan was de wind 's middags gedraaid en had ik het weer tegen! Dit heb ik 4,5 jaar gefietst. En daar ben ik mijn ouders dankbaar voor want het heeft karakter gebouwd.
Ik werd daardoor geen zeurpiet. Dat alles vermoeidend is enzo.
De HAVO vond ik niet leuk. Ik wist ook nooit wat ik wilde worden. En je had daar ook heel sterk groepsvorming. De alto's, de normalen, de nerds, de hardrocker enz...
Het onschuldige ging er ook af. Je werd op van alles getest, je moest nadenken welke richting je op wilde en allemaal van dat soort dingen. En dat vond ik niet zo leuk. De kinderen waren ook anders. Niet zo gezellig en meer prestatie gericht. En dan die onzekerheid van mij. Echt erg was dat.
Over die onzekerheid heb ik al een blog geschreven. Uiteindelijk ben ik daar overheen gekomen. Ik heb het kunnen loslaten. En die school heb ik ook overleeft. Het ligt nu allemaal achter me en het zijn ervaringen die me hebben gevormd tot wie ik nu ben.
Reacties
Een reactie posten